Home >> Artikelen "Torah" >> Gehoorzaamheid & Wet
Een veel gehoord en geloofd theorie is dat “de Wet” (zoals de Torah onterecht wordt genoemd) is afgedaan. Begrijpelijk, want is de wet eigenlijk niets anders dan aantonen dat je de fout in bent gegaan? Is het niet zo dat de wet pas bij overtreding van een regel in werking treedt? Maar de wet waar Paulus van spreekt, is die van de zonde en de dood. Met andere woorden; de wet die in werking treedt bij het begaan van een zonde, waar de dood een gevolg van is. Die is afgelegd! Althans … zo zou het moeten zijn!
Iedereen die de zonde doet, doet ook wetteloosheid [ἀνομίαν]; want de zonde is wetteloosheid [ἀνομία] .
__ 1 Johannes 3:4
ἀνομίαν [anomían] betekent “wetteloosheid”.
ἀνομία [anomía] betekent “wetteloosheid; ongerechtigheid”.
En hieraan weten wij dat wij Hem kennen, als wij Zijn geboden bewaren. Degene die zegt: “Ik ken Hem”, maar bewaart Zijn geboden niet, die is een leugenaar en de waarheid is niet in diegene. Maar wie Zijn Woord bewaart, in diegene is waarlijk de liefde van God geperfectioneerd. Hieraan kennen wij dat wij in Hem zijn. Degene die zegt z’n maon [woonplaats; permanente bewoning; huis] in Hem te hebben, die moet ook zo wandelen zoals Hij gewandeld heeft.
__ 1 Johannes 2:3-6
Iemand die zich vrijwillig in de zonde begeeft – of, die de zonde doet – veroorzaakt zijn/haar eigen dood. De dood komt dan in eerste instantie door zichzelf en niet door rechterlijke oordeel. Dat is pas bij het Oordeel op Yom Kippoer, na het 1000 jarig Rijk van de Messias.
Yeshua heeft de dood overwonnen, doordat Hij gehoorzaam was aan de regels; wetten; gezette tijden. Hij onderging de dood niet omdat Hij koos hierbuiten te willen leven – wat ‘zonde’ is – maar opdat Hij, als het Woord (of-te-wel de levende Torah van יהוה) zijnde, een volmaakte Lam kan zijn voor eenieder, die Zijn bloed gebruikt om de deurposten en bovendorpel van zijn/haar hart te beschilderen, zodat de dood aan hem/haar voorbij kan gaan. Dit heet dan ook: “Yeshua aannemen”; dit is genade! Het is dan ook logisch, dat als wij Yeshua niet aannemen, wij ons zeer zeker in de dood bevinden en niet in het leven.
Het is niet de wet die ons genade brengt. De wet maakt de rechter duidelijk (en de zondaar ook) dat de zondaar schuldig is en dat de dood het deel van de zondaar is. Deze Rechter – die zelf weliswaar de Wet heeft samengesteld – kan hier niet omheen, wil de Rechter Zijn naam als “de Rechtvaardige” niet verliezen. Maar deze Rechter heeft nog meer namen: liefhebbende Vader!
Het was door een belofte van God aan Abraham, Izaäk en Jakob (Israël) dat de kinderen van Israël uit hun dodelijke positie werden bevrijd; uit hun slaafs bestaan. Door ook een verbond met hen aan te gaan, ontvingen ze niet de dood maar het leven en een kans vruchtbaar en talrijk te worden in het Beloofde Land. Ze werden uit Egypte – wat staat voor afgodisme; leven buiten God om; slavernij en dood – bevrijd, en nu brak de tijd aan dat Egypte uit hen moest worden verwijderd.
Een klein kind dient gehoorzaam te zijn aan de regels van zijn ouders; regels die uit liefde gegeven zijn door de ouders. Maar de mate van liefde van het kind tot zijn ouders wordt bepaald door de vrijheid waarin dit kind gehoorzaam is, en kan zijn! Wie heeft er immers meer vrijheid:
Zo heeft een kind ook meer vrijheid als deze gehoorzaam is aan zijn ouders, maar als het kind ongehoorzaam is, dan zal dat gevolgen hebben voor zijn vrijheid.
De liefde komt weer voort vanuit de manier waarop de regels gegeven zijn, en op de manier hoe het kind deze regels opvat! Welke regels moeten de ouders hun kinderen dan geven om liefde van hun kinderen te ontvangen? Regels van liefde.
Laten we ter vergelijking eens een ideale situatie schetsen, waarin een zoon alle huisregels van de ouders opvolgt. Zou een vader nog meer willen? Ja, dat zijn zoon hem opvolgt en in zijn voetsporen treedt, zijn taken overneemt; letterlijk een erfgenaam van hem wordt. Maar als zijn zoon hem niet opvolgt, is de zoon dan ongehoorzaam? Nee, dat niet. De zoon gehoorzaamt immers wel alle huisregels, alleen is het voor de vader spijtig dat deze zoon hem niet opvolgt, niet in zijn voetsporen treedt; dat de zoon er voor kiest geen deelname te hebben aan de
volledige erfenis! Daarvoor is namelijk liefde nodig van de zoon, inzicht in liefde voor de gegeven huisregels als zijnde de enige ware weg, om vanuit deze liefde de weg te bewandelen die hem gegeven is te bewandelen. Want als je deze liefde niet hebt, kies je voor je eigen liefde en eigen pad, ondanks dat je alle huisregels volgt!
Stel dat deze zoon niet gehoorzaam is in de gegeven huisregels, maar uiteindelijk toch zijn vader opvolgt, omdat hij ingezien heeft dat de weg van zijn vader toch een betere, volmaaktere weg is dan die hij in eerste instantie gekozen heeft. Zou de vader boos op deze zoon zijn vanwege de eerdere ongehoorzaamheid, of vreugde hebben dat zijn zoon hem alsnog opvolgt? Ja, de vader zou uitermate verheugd zijn en zal de zoon alles uitleggen wat te doen om hem succesvol te laten opvolgen. Wat moet de zoon dan vervolgens doen? Juist, gehoorzaam zijn!
Het verschil tussen gehoorzaam zijn van voorbeeld 1, die alle huisregels opvolgt maar in zijn hart niet met zijn vader op één lijn zit, en het voorbeeld van diegene die gehoorzaam is, nadat hij de inzicht en liefde heeft gekregen van het nut van deze regels, ligt in vrijheid en voornamelijk in liefde. Dit is zeker een reden dat Yeshua de liefde als grootste gebod heeft aangedikt. Maar dat heeft Hij niet gedaan om daarmee alle regels te ontbinden, maar om de regels te verduidelijken van welk nut ze zijn (Matthéüs 5:17)! Liefde komt eerst. Zonder liefde heeft het volgen van regels van geen enkele waarde. In de Bijbel lees je ook eerst de 10 geboden, voordat je leest over het houden van de gezette tijden. Eerst de bevrijding door de liefde. Dan de 10 geboden die wijzen naar de liefde tot je naasten als jezelf en God boven alles en vervolgens de gezette tijden om gehoorzaam te zijn aan de liefde. Wat gebeurd er echter? Men houdt de gezette tijden uit vrees een straf te krijgen, zoals de zoon in het eerste voorbeeld die wel de huisregels opvolgt, maar niet de liefde heeft en daardoor geen deel uitmaakt van de volledige erfenis. En dan zijn er ook zij die de regels volledig aan hun laars lappen, maar wel een claim willen leggen op de erfenis.
1 Maar enkele mannen kwamen van Yehudah [Judéa] naar Antiochië en leerden de broeders:2 Dit bracht hen in een niet geringe oneindigheid en geschil met Sha’ul [Paulus] en Bar-Nabba [Bárnabas], waardoor de congregatie Sha’ul, Bar-Nabba en enkele anderen aanwezen om op te gaan naar Yerushalayim om daar de she’elah [petitie; verzoek; vraag] aan de Shlichim [Gezondenen / Apostelen] en de Zekenim [Ouderen] voor te leggen.
“U kunt niet gered worden tenzij u de brit milah[besnijdenis] ondergaat zoals Moshe [Mozes] omschreven heeft.”
3 Nadat ze door de congregatie op hun weg gezonden waren, kwamen ze door Phoenicia
[Fenicië] en Shomron [Samarië] en vertelden daar in details hoe de Natiën zich naar יהוה God bekeerden, en dit nieuws bracht grote vreugde bij alle broeders.4 Bij aankomst in Yerushalayim werden ze verwelkomd door de Messiaans gemeenschap en de Shlichim en de Zekenim, en ze vertelden hen wat יהוה God door hen had gedaan. 5 Maar enkelen onder hen, die ook tot geloof waren gekomen en van de partij van de Perushim
[Farizeeën] waren, stonden op en zeiden:“Het is noodzakelijk hun te besnijden en ze te gebieden de Torah van Moshe te onderhouden.”
6 De Shlichim en de Zekenim verzamelden zich in beraad om over deze kwestie te vergaderen. 7 Na een lange debat stond Kefa
[Petrus] op en zei tot hen:“Mannen, broeders, u allen weten dat een goed tijdje geleden God onder u allen mij gekozen heeft om door mijn mond de Goyim1 de woorden van יהוה God en het Blijde Nieuws te laten horen en tot geloof te doen komen. 8 En God, die de harten kent, heeft over hen getuigenis afgelegd door hen de Ruach HaKodesh te geven zoals Hij dat ons ook heeft gedaan. 9 Dat houdt in dat Hij geen onderscheid heeft gemaakt tussen ons en hen, maar Hij heeft hun harten gereinigd door geloof. 10 Dus, waarom test u God door een juk op de talmidim [leerlingen / discipelen] te leggen waarvan noch onze vaderen nog wij de kracht hebben die te dragen? 11 Nee, het is door de liefde en genade van de Heer Yeshua dat we geloven en zijn bevrijd. En dat is hetzelfde met hen.”
12 Toen was de gehele vergadering stil en luisterden naar Bar-Nabba en Sha’ul toen die vertelden wat voor tekenen en wonderen God door hen onder de Natiën had gedaan. 13 En nadat Sha’ul en Bar-Nabba stil waren, nam de Shliach
[Gezondene / Apostel] Ya’akov2 het woord en zei:“Mannen, broeders, luister naar wat ik te zeggen heb. 14 Shimon heeft tot in details verteld wat God heeft gedaan toen Hij voor het eerst Zijn zorg begon te tonen voor het tot Zich nemen van een volk van de Goyim om Zijn naam te dragen. 15 En de woorden van de Nevi’im[Profeten] zijn in volledige harmonie hiermee, want er staat geschreven:
16 “Hierna zal Ik terugkeren; en Ik zal de gevallen Sukkat[Tent] van David wederopbouwen. Ik zal de ruïne doen herrijzen, Ik zal het herstellen 17 zodat de restanten der mensheid יהוה God mogen zoeken en alle Goyim die bij Mijn naam zijn geroepen,” 18 zegt יהוה, die deze dingen doet. [Amos 9:11-12]
Al deze dingen zijn lang geleden bekend gemaakt.
19 Daarom is het mijn mening dat wij geen obstakels in de weg van de Goyim moeten plaatsen, die zich tot יהוה God bekeren. 20 Integendeel, we zouden hun een brief moeten schrijven waarin we hun vertellen zich te onthouden van dingen die door afgoden zijn bezoedeld; van ontucht; van wat gestikt is en van bloed. 21 Want vanaf het begin heeft Moshe zijn predikers in iedere stad / plaats, want zijn woorden worden in de shuls / synagogen elke Shabbat voorgelezen.”22 Toen besloten de Shlichim en de Zekenim, gezamenlijk met de gehele Messiaans gemeenschap, mannen van hen uit te kiezen om met Sha’ul en Bar-Nabba naar Antiochië te zenden. Ze stuurden Yehudah, die Bar-Sabba wordt genoemd, en Sila; beide leidende mannen onder de broeders,
23 met de volgende brief:
Van: De Shlichim en de Zekenim, uw broeders
Aan: De broeders vanuit de Natiën in heel Antiochië, Syrië en CilliciëGegroet!
24 We hebben gehoord dat sommige mensen uit het midden van ons erop uit zijn gegaan, zonder onze toestemming, en dat ze u verontrust hebben met hun spreken; uw gedachten ‘op losse schroeven’ hebben gezet.
(= onzeker, onvast gemaakt zodat er niet op te bouwen is) 25 Dus hebben wij unaniem besloten mannen te selecteren en ze naar u toe te sturen met onze dierbare vrienden Bar-Nabba en Sha’ul, 26 die hun levens hebben toegewijd de naam van onze Heer, Yeshua de Messias, hoog te houden. 27 Dus, we hebben Yehudah en Sila gestuurd en zij zullen persoonlijk bevestigen wat wij schrijven.28 Want het leek de Ruach HaKodesh goed, en ons ook, u geen zwaardere lasten op te leggen dan de volgende eisen: 29
- Te onthouden van wat er aan afgoden geofferd is;
- Te onthouden van bloed;
- Te onthouden van het verstikte;
- Te onthouden van ontucht.
U doet er goed aan als u zich hiervan onthoudt.
Shalom!
30 De boodschappers werden weggestuurd en gingen naar Antiochië, waar zij de groep verzamelden en ze de brief gaven. 31 Na de brief te hebben gelezen, waren de mensen verheugd met de aanmoediging. 32 Yehudah en Sila, die ook profeten waren, vertelden veel ter stimulering en versterking van de broeders. 33 Nadat zij daar enige tijd verbleven, werden ze weer teruggestuurd met een groet van “Shalom!” van de broeders naar degene die hun hadden gestuurd. [34 Maar het leek Sila goed daar te blijven].
Dat was een vertaling uit Complete Jewish Bible (CJB) uit Handelingen 15:1-34. Uit dezelfde vertaling Handelingen 17:10-11 ...
Maar zodra de nacht viel, stuurden de broeders Sha’ul en Sila naar Berea.Zodra ze daar aankwamen, gingen zij de synagoge in. Nu waren de mensen hier van edeler karakter dan degene in Thessalonica; ze verwelkomden de boodschap gretig, de TeNaCH
3 [Oude Testament] elke dag doorzoekende om te zien of de dingen die Sha’ul zei wel de waarheid was.
Handelingen 15:5,7-10
We kunnen gehoorzaam zijn in woord en daad en toch geheel los zijn van gehoorzaamheid in hart / liefde. Dit heet “handelen vanuit eigenliefde”, waaruit trots en hoogmoed voortkomt. Deze manier van gehoorzaam handelen is handelen zodat je de straf, die op overtreding van een regel volgt (wat ‘wet’ is), ontloopt. Dit is in eerste instantie logisch, maar gehoorzaam handelen vanuit liefde is dat je er alles aan doet om de regel te begrijpen (onderzoeken) en deze vervolgens je eigen te maken. Een dergelijke manier van handelen voorkomt een overtreding of een tweede overtreding. Gehoorzaam handelen zonder liefde is constant zoeken naar een manier om toch datgene te doen wat je wilt, zonder te worden betrapt. Hierbij moet je constant over je schouders kijken of de regelgever je spot, zodat je alsnog je straf krijgt. Deze manier van leven is een gebonden leven; het is “leven onder de wet”.
Een voorbeeld:
Je geeft een bindende (lees: controlerende) regel aan je kind dat het niet mag roken! Wat doet het kind? Juist! Het gaat roken!
Je geeft een bindende regel aan je kind dat het geen alcohol mag drinken! Wat doet het kind? Juist! Het gaat alcohol drinken!
Waarom is dit? Omdat een bindend woord geen liefde bevat. Ja, het bevat eigenliefde. Een bindend woord is er voor bedoeld anderen aan je ondergeschikt te maken, zodat jij te aller tijden controle hebt over hun leven (macht). Dit is echter de weg der Nikolaïeten!
Openbaring 2:6,15
(Niko = veroveraar; overwinnaar. Laos = mensen; volk)
We moeten wel weten dat we als baby’s, of als kleine kinderen, niet direct in staat zijn de gehele handleiding te kennen en hiernaar te handelen. Eerst zullen we moeten leren staan; lopen; lezen; praten; enz. Daarna – stapje voor stapje – leren we steeds beter de Instructie (Torah), die uiteindelijk levend en wel in onze harten geschreven staan.
Het woord dient er te zijn om ons te wijzen op de liefde, want liefde is leven en leven is vrijheid.
1 Corinthiërs 13:1,4-6
Johannes 14:6
1 Johannes 5:6
Psalm 119:142
Efeziërs 6:17 (Jesaja 59:17)
2 Corinthiërs 3:17
Wij dienen als geestelijk kleine kinderen eerst gehoorzaam te zijn aan de gegeven regels, en ja … aan de gegeven wet! Zolang wij niet begrijpen wat deze regel / wet inhoudt, zolang blijven wij kind en dienen wij blindelings te gehoorzamen aan deze wet.
Laat je dit echter links liggen – met andere woorden, besluit jij je hier niet aan te houden – dan zal je er ook nooit achter komen waar de wet voor bedoeld is! Hoe kunnen we immers de liefde begrijpen zonder de basisregels tot ons te nemen? Mensen die zeggen te handelen vanuit liefde, zonder de basisregels van liefde in zich op te nemen, handelen vanuit eigenliefde. En hieruit komt trots en hoogmoed voort; ik ben de leraar, dus ik weet het beter” (Jakobus 3:1). Zodra we echter begrijpen dat de wet geheel en al liefde is en dit in onze harten ook zo ervaren en er naar gaan handelen, dan zijn we vrij en leven we in vrijheid.
Deuteronomium 6:5
Leviticus 19:18
Matthéüs 22:37-39
Psalm 119:142
1 Johannes 5:6
Ezechiël 36:26-27
2 Corinthiërs 3:17
Johannes 8:31-32
Maar denk je nu dat wanneer je eenmaal deze vrijheid hebt bereikt, dat je nu buiten de wet kan en mag leven en handelen? Nee natuurlijk niet, zeer zeker niet!
Omdat de wet levend en wel in je hart geschreven staat, houd jij je strikt aan de 10 geboden die geheel wijzen op liefde; houd jij je aan de gezette tijden die jij voor jezelf heel duidelijk inziet hoe deze te vervullen; is je voeding gezond, zodat je niet traag wordt in lichaam en geest!
Exodus 20:1-17
Leviticus 11:1-47; 23:1-44
Je leeft dan via 1 wet en dat is de wet der liefde. En je hele handelen is gericht op de liefde tot God boven alles en je naasten als jezelf. Sterker nog, je zal jezelf als de mindere zien ten opzichte van je broeders en zusters, die je te allen tijde te hulp wilt schieten in hun zoektocht naar deze liefde – ware liefde – zonder persoonlijk gewin of boven hen te willen staan. Deze liefde kun je niet bieden door de hoogste / belangrijkste te willen zijn; geld te vragen voor een dienst; of voor wat voor aards voordeel dan ook. In aardse tegemoetkomingen zit veelal werelds geluk, terwijl in geest alleen geest zit.
Richteren 6:34 uit Herziene Statenvertaling:
Toen bekleedde de Geest van de HEERE Gideon. Hij blies op de bazuin, en Abiëzer werd achter hem bijeengeroepen.
Dezelfde vers uit Westminster Leningrad Codex:
וְרוּח יְהֹוָה לָבְשָׁה אֶת-גּדְעוֹן וַיִּתְקַע בַּשׁוֹפָר וַיֹּזָעֵק אבִיעֶזֶר אַחרָין
En Yehowah’s Geest trok Gid'on aan en blies [de] shofar en riep Avi’ezer [hem] te volgen.
Het Hebreeuwse woord waar het hier om gaat, is laveshah. Dit betekent “droeg; trok aan”. Dit woord is van de stam lavash [לָבַשׁ] wat “dragen; aantrekken” betekend. Halaveshah [הַלָבְשָׁה] is vertaald “kleding”.
Dat het in deze vers niet gaat om de Ruach van God die Gideon bekleedde, maar dat de Ruach Gideon aantrok, blijkt uit de overige verzen die in de Bijbel staan.
Bijvoorbeeld:
“En Ik zal u een nieuw hart geven en een nieuwe ruach in u plaatsen. En Ik zal de stenen hart uit uw vlees halen en u een hart van vlees geven en Mijn Ruach in u plaatsen. En Ik zal veroorzaken dat u in Mijn wetten [choeki חֻקַּי֙] wandelt en waakzaam bent over Mijn geboden [mishpati מִשְׁפָּטַ֥י] en ze zal doen.”
__ Ezechiël 36:26-27
Doordat de Ruach van God in ons binnenste wordt geplaatst, trekt Gods Ruach ons als het ware aan. (Hij bewoond ons.)
En יהוה God vormde de persoon van het stof van de grond, en ademde in z’n neusgaten de nishmat chayyim [נִשְׁמַ֣ת חַיִּ֑ים] en de persoon werd een nefesh chayyah [לְנֶ֥פֶשׁ חַיָּֽה].
__ Genesis 2:7
Nishmat [נִשְׁמַ֣ת] komt van de stam neshamah [נְשָׁמָה] wat “ziel; geest” betekend. Nishmat betekent “ziel”.
In onze vertaling is het naar adem vertaald, om dat er in het Grieks πνοὴν [pnoín] staat. Dit is van het originele woord πνοή [pnoí]. Dit betekent “een blazen; wind; adem”.
In de Septuaginta is dit woord gebruikt voor neshamah. (Zie ook handelingen 2:2; 17:25.)
Het Hebreeuwse woord רוּחַ [ruach] betekent ook “wind”, maar ook “geest; bries; adem; ruimte; interval”. Nefesh [נֶ֥פֶשׁ] betekent “ziel; zelf; leven; creatuur; persoon”. Chayyim en chayyah komt van de stam chai, wat “levend; in leven” betekend.
“De glorie die U Mij gegeven hebt, heb ik hen gegeven, zodat zij één moge zijn zoals wij ook één zijn. Ik in hen en U in Mij, zodat zij perfect tot eenheid moge zijn, opdat de wereld zal weten dat U Mij gezonden hebt en dat U hen liefgehad hebt, zoals U mij hebt liefgehad.
__ Johannes 17:22-23
Door het geven van een hart van vlees en het plaatsen van Gods Ruach in ons, kan worden overgegaan tot het wandelen in Zijn wetten en waakzaam zijn en het doen (uitvoeren) van Zijn geboden (regels). Deze twee staan in Zijn Torah (Instructie) omschreven.
Wat is Torah? Torah is Waarheid!
Uw gerechtigheid is een gerechtigheid voor eeuwig en Uw Torah is waarheid.
__ Psalm 119:142
Maar niet alleen Torah is Waarheid; Geest (Ruach) is dat ook!
Hij is het Die kwam door water en bloed: Yeshua HaMasiach; niet door water alleen, maar door het water en het bloed. En de Geest is het Die getuigt, omdat de Geest de waarheid is.
__ 1 Johannes 5:6
Wie is de Geest?
יהוה is de Geest en waar de Geest van יהוה is, daar is Vrijheid.
__ 2 Corinthiërs 3:17
En wat brengt de Geest? Gods Woord!
En neem de helm der verlossing en het zwaard van de Geest, wat het Woord van God is.
__ Efeziërs 6:17 (lees ook Matthéüs 10:34-36)
We hebben gelezen over het leven wat in de persoon z’n binnenste werd geblazen, waardoor hij een levende ziel werd; we hebben gelezen over de waarheid, wat de Geest en de Torah is, en we hebben gelezen dat יהוה God de Geest is waar vrijheid is als deze Geest er is. Maar we hebben ook gelezen dat het zwaard van יהוה – de Geest – het Woord van God is. Wat weten we over het Woord?
In het begin was het Woord, en het Woord was met God, en het Woord was God.
__ Johannes 1:1Het Woord is vlees geworden en maakte Zijn sukkah (tent), Zijn Mishkan (Tabernakel) onder ons, en we aanschouwden Zijn glorie, de Shechinah van de Vaders enige Zoon, vol van genade en waarheid.
__ Johannes 1:14Yeshua zei: “Ik Ben de Weg en de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij.”
__ Johannes 14:6
Een opsomming:
En zie hier, de verklaring van onze opmerking: “Door de eenheid die in Geest is ontstaan (Efeziërs 4:3), welke de Torah; Waarheid; De Heer is, sta je in constante contact met onze Schepper via onze innerlijke geest, waardoor we het evenbeeld van God zijn (Genesis 1:26-27; 2:15-25).”
Want יהוה was blij dat al Zijn volheid z’n mishkan (tabernakel) in Messias heeft, ...
__ Kolossenzen 1:19Laat het woord van de Messias z’n mishkan (tabernakel) rijkelijk in u hebben, elkander lerende en vermanende in alle wijsheid, zingende met dankbaarheid in uw harten voor יהוה in de psalmen en lofzangen en geestelijke liederen.
__ Kolossenzen 3:16Ontdoe u daarom van alle vuiligheid en overvloed van het kwaad, en ontvang met zachtmoedigheid het Woord van יהוה dat in u wordt gepland en uw leven kan redden.
__ Jacobus 1:21Zie, Ik sta bij de deur en Ik klop. Als iemand Mijn stem hoort en de deur open doet, zal Ik in hem komen en met hem eten, en hij met Mij in de Beit HaYayin (wijnhuis; Hooglied 2:4)
__ Openbaring 3:20
God heeft een orde, God werkt in een bepaalde orde; God is Orde. Gods ordening wordt veroorzaakt door Zijn liefde. Wanneer we buiten Zijn liefde wensen te leven, treden we buiten God (Deuteronomium 30:16-20).
De wet (chok חוֹק) is ontstaan uit wijsheid en het is ons uit liefde gegeven om ons te wijzen op liefde. De wet zelf is geen genade, noch vrijheid. Dat is liefde.
Zoals de Zoon naar de Vader wijst, zo wijst de wet naar de liefde.
“Zoon” staat voor het Woord / Wijsheid en de “Vader” staat voor de Schepper, die alleen Liefde kan zijn. En hoe lief heeft De Schepper … De Vader?
Want zo lief heeft יהוה de wereld gehad, dat יהוה Zijn enige Zoon heeft gegeven, zo dat eenieder die in Hem geloofd niet verloren gaat, maar het eeuwige leven zal hebben.
__ Johannes 3:16
Het Verbond wat יהוה met Bnei (leden; kinderen) Yisra’el had, heeft men verbroken. Ze waren één koninkrijk onder koning David, maar door toedoen van zijn zoon Shlomo (Salomo) kwam hier vanaf Shlomo’s zoon verandering in. Het werd opgesplitst in twee koninkrijken:
Het koninkrijk Yisra’el, wat ook wel Efraïm wordt genoemd, ging als eerste in diaspora. Deze werd verstrooid over geheel de wereld, onder de Goyim. Yehudah is later in diaspora gegaan, maar is na 70 jaar weer terug gekomen. Efraïm nooit weer. Totdat ...
Yeshua HaMashiach is gekomen voor de verloren schapen van Yisra’el. Dat is Efraïm, die verstrooid is over geheel de wereld. Een Nieuw Verbond (Brit Chadasha) zal worden gesloten ...
“Zie, de dagen komen”, zegt יהוה, “dat Ik een Brit Chadasha met het huis Yisra’el en met het huis Yehudah zal sluiten. Niet overeenkomstig het Brit (Verbond) dat Ik met hun vaderen heb gesloten in de dagen dat Ik hun hand vasthield om hen uit het land Mitzrayim (Egypte) te halen; het Brit die zij verbroken hebben, hoewel Ik een Echtgenoot voor ze was”, zegt יהוה.
“Maar dit zal het Brit zijn wat Ik met het huis Yisra’el na die dagen zal sluiten”, zegt יהוה: "Ik zal Mijn Torah in hun binnenste plaatsen en Mijn Schriften op hun harten schrijven; en Ik zal hun Elohim zijn, en zij zullen Mijn volk zijn. Men zal niet meer zijn naasten leren of zijn broeder: Ken יהוה, want zij zullen Mij allemaal kennen, van de kleinste onder hen tot de grootste”, zegt יהוה; “want ik zal hun slechtheid vergeven en hun zonde niet meer herinneren.”
__ Jeremia 31:31-34
Niet vergeten, dat als wij de liefde niet als wet aannemen, dan zullen de letters die Elohim op onze harten schrijft, niet doordringen tot ons! Wij stoten dat dan af. Pas als wij dat aannemen, zal de laatste zin pas van invloed zijn. De wederkomst die niet zo lang op zich zal laten wachten, komt niet voor niets! Zie weer 1 Johannes 2:3-6.
Voor meer over de verloren schapen – en u bent de Engelse taal een beetje machtig – zie ook eens:
“The love story never told” van: 119 Ministries. Klik op afbeelding om de link te volgen.